Toespraak Ahmed Marcouch bij het Joods Monument

Op zondag 13 november gaf burgemeester Ahmed Marcouch een toespraak tijdens jaarlijkse herdenkingsbijeenkomst bij het Joods Monument. U kunt op deze pagina de toespraak teruglezen.

Beste mensen,  
  
Dat wij hier bij elkaar staan bij het Joods Monument op de Jonas Daniël Meijerplaats, is van cruciaal belang. Hoe meer mensen hier bijeen zijn on de1493 Joodse Arnhemmers die vermoord zijn in de Tweede Wereldoorlog te herdenken, des te beter. Want wij dienen de vrijheid te verdedigen in een riskante tijd, met een oorlog in de Oekraïne, een bedreigde planeet qua klimaat en de gevolgen van corona. Het is belangrijk dat wij hier met velen zijn en dat wij ons uitspreken voor de menselijkheid.  
 
Want wij hebben de taak onze vrijheid en die van anderen te verdedigen tegen opkomend fascisme en gewelddadig extremisme van mensen die op de hedendaagse problemen reageren met haat jegens iedereen die tegenwicht biedt, zoals overheidsdienaren, journalisten, wetenschappers en intellectuelen die de werkelijkheid onderzoeken. Wij zien de lelijke zoektocht naar zondenbokken en voelen de haat jegens homo’s, vrouwen, mensen van kleur en vooral ook het achterbakse antisemitisme.  
 
De Tweede wereldoorlog heeft ons geleerd dat wij waakzaam dienen te zijn. Het is terecht dat wij haatzaaiers de toegang tot Nederland ontzeggen. Het moet, wegkijken kan niet meer, wij moeten de moed hebben het kwaad tegen te houden.  
En tegelijk hebben wij met ons allen de opdracht om te voorkomen dat gezaaide haat hier wortel kan schieten. De ervaring leert dat wij dit gevaar lopen, juist in deze onzekere tijden.  
 
Een bevolkingsgroep massaal vermoorden volgens planning, dat is niet te bevatten. En dat hoort inderdaad onbevattelijk te zijn. Maar het is wel degelijk gebeurd in een keurige natie, de democratie was toen nog jong maar de traditie van Bildung en cultuur was groot en toch zijn verreweg de meester burgers in amper tien jaar meegesleurd door een demonisch regime – electoraal verkozen, nota bene.   
  
Bibliotheken liggen vol met verklaringen en theorieën. Het is de honger en dorst; het is hoe burgers onervaren en weerloos waren; het is de impact Hitler op de radio, het zijn de burgers die hun geweten mochten overdragen aan ‘bevel is bevel’; het is de gekrenkte natie met haar behoefte Duitsland weer groot te maken; het zijn de complottheorieën - al deze fenomenen klinken ons maar al te bekend in de oren. De methode om dit tegen te gaan heet: menselijkheid beoefenen.   
  
In september was ik bij schoolklas 3 op Beekdal Arnhem. Het lesproject ging van start, met de herdenkingskoffer waarin de leerlingen van het Arnhemse Thomas a Kempis College hun lesmateriaal hebben verzameld om door te geven aan deze school. Hier hoort een lesboek bij waarmee de scholieren op onderzoek gaan, zij maken met hun klasgenoten dezelfde tocht als de vermoorde Joodse Arnhemmers, die uit hun huizen werden gejaagd en met razzia’s van de straat gehaald, vooral in 1942 waren er grote klopjachten om ze via de doorgangskampen Vught of Westerbork te deporteren naar de vernietigingskampen Auschwitz en Sobibor. In 1943 waren in Arnhem geen joden meer te bekennen, de transporten stopten. En vrijwel niemand kon dit navertellen; doden spreken niet.  
 
Het lesboek voor Beekdal en daarna ook voor andere Arnhemse scholieren laat Arnhemse Joden als Louis de Groot aan het woord, de enige uit zijn gezin die de oorlog overleefde door een geslaagde onderduik. Hij emigreerde na de oorlog naar de Verenigde Staten en exposeerde daar een filmpje van zijn familie, hier in Arnhem bezoeken de scholieren het woonadres Rijnstraat 43, waar de Stolpersteine liggen voor vader Meijer, moeder Sophie en zusje Rachel de Groot. In heel onze stad liggen 54 struikelstenen op 23 locaties.  
‘Bruut weggerukt, maar hun geest en traditie blijven’ staat troostrijk op het herdenkingsmonument, hier aan de voet van de Eusebiuskerk. Aan ons de taak om dat gestalte te geven. Zij waren mensen, zij hebben namen en het helpt ons om ons te verplaatsen, empathie leren ontwikkelen voor andere mensen. Voor onze kinderen gaat het om inlevingsvermogen oefenen op school.   
 
Opvoeding en onderwijs - dat is de remedie.   
 
Leren - het is onze redding. Doe mee! 
  
Dank u!